zaterdag 13 augustus 2016

Ouder worden

Langzaam begint het tot me door te dringen.... Steeds vaker word ik met de neus op een feit gedrukt dat ik nog helemaal niet zo zie of voel. Ik zal even een hint geven: In de trein, waar ik nogal regelmatig mee van Helmond naar Eindhoven trek en vice versa hoor ik : 'Mevrouw wilt u zitten?' Nee hoor, zeg ik terwijl ik denk 'zie je wel, best beleefd die jeugd van tegenwoordig'.

Het gebeurde niet één keer, maar meerdere keren. Het werd dus iets minder komisch. Ik vertelde het op mijn werk aan mijn collega. Het zullen mijn grijze haren wel zijn zei ik. Zit in de familie, we worden allemaal jong grijs.
Na jaren van eerst kleurspoelen naar later grijsdekkende verf, had ik er op mijn 50e genoeg van. Dat gedoe elke keer. En mijn haar groeit zo snel dat ik de helft van de tijd op een das leek. Het dier dus. Zwart met witte streep. 'Verf het dan blond', zeiden goedbedoelenden. Maar ik ben nooit blond geweest. Dan maar gewoon grijs. Zo begon een periode van 'uitgroeien' waarin ik waarschijnlijk alle vreselijke stadia van die uitgroei heb vertoond, omdat ik uiteraard weigerde mijn haar kort te knippen tijdens dit proces. Gelukkig kijk ik na het haar kammen zelden nog in de spiegel op een dag, dus vergat ik meestal vrij snel weer hoe ik er uit zag voor de buitenwereld. Een kleine knipbeurt en drie jaar later is mijn haar lang en tot in de puntjes 'gemêleerd grijs'.
'Maar je gezicht is wel jong', zei mijn collega. Dezelfde dag vroeg een klant of ik de moeder was van die zelfde collega.... Hij is ouder dan ik maar heeft nog wel donker haar en ziet er inderdaad jonger uit dan zijn zestig jaren.

Tsja.... Ik besloot het maar te zien als een compliment aan hem en er zelf maar niet verder over na te denken. Maar toch..... Ik begin het enge vermoeden te krijgen dat ik, uiteraard alleen in de ogen van anderen, tot de oma's wordt gerekend tegenwoordig! Nou klopt dat laatste natuurlijk wel weer en dankzij mijn kleindochter heb ik pas ontdekt dat ik nog koppeltje kan duikelen. Vooruit én achteruit. Dus als er nu weer iemand denkt dat ik tachtig ben ofzo (dat moet je tenslotte wel zijn als moeder van een zestigjarige) of vriendelijk aanbiedt om voor me op te staan, dan zeg ik glimlachend nee en troost mezelf met de gedachte dat ik vast ook nog kan touwtje springen.